• Database vol kerkelijke documenten
  • Geloofsverdieping
  • Volledig in het Nederlands
  • Beheerd door vrijwilligers

Zoeken in kerkelijke documenten en berichten

x
Omdat wij als 'volk voor het leven' in de wereld gezonden zijn, moet onze verkondiging ook tot een echte viering van het Evangelie van het leven worden. Deze viering moet door de suggestieve kracht van haar gebaren, symbolen en riten tot een waardevolle en betekenisvolle plaats voor het doorgeven van de schoonheid en de grootsheid van dit Evangelie worden.

Daartoe is het vóór alles dringend noodzakelijk in onszelf en in de anderen een beschouwende visie te bevorderen Vgl. H. Paus Johannes Paulus II, Encycliek, Ter gelegenheid van de honderdste verjaardag van de encycliek Rerum Novarum, Centesimus Annus (1 mei 1991), 37. Deze ontstaat uit het geloof in de God van het leven, die ieder individu heeft geschapen als een wonder Vgl. Ps. 139, 14 . Het is de visie van hem die het leven in zijn diepte ziet, doordat hij er de dimensies van belangeloosheid, schoonheid, uitdaging tot vrijheid en verantwoordelijkheid van begrijpt. Het is de visie van hem, die zich niet aanmatigt om beslag te leggen op de werkelijkheid, maar die haar aanneemt als een geschenk en daarbij in ieder ding de afstraling van de Schepper en in iedere mens zijn levend beeld ontdekt Vgl. Gen. 1, 27 Vgl. Ps. 8, 6 . Deze visie wijkt niet voor ontmoediging bij het zien van hen die zich in ziekte, in lijden of aan de rand van de samenleving en op de drempel van de dood bevinden; maar ze laat zich door al deze situaties uitdagen om te zoeken naar een betekenis en begint juist onder deze omstandigheden op het aanschijn van iedere mens een oproep tot ontmoeting, tot gesprek en tot solidariteit te ontdekken.

Het is tijd voor ieder van ons om deze visie over te nemen en met diep godsdienstig ontzag de mogelijkheid te herontdekken om iedere persoon te eerbiedigen en te eren, zoals Paulus VI ons uitnodigde te doen in een van zijn eerste kerstboodschappen Vgl. H. Paus Paulus VI, Radiotoespraak, Kerst 1967, Radioboodschap aan het episcopaat, de clerus en de overige gelovigen (23 dec 1967). Bezield door deze beschouwende visie moet het nieuwe volk van de verlosten wel antwoorden met hymnen van vreugde, lof en dank voor de onschatbare gave van het leven, voor het mysterie van de roeping van iedere mens om in Christus deel te hebben aan het genadeleven en aan een bestaan van oneindige gemeenschap met God de Schepper en Vader.

Het Evangelie van het leven vieren betekent de God van het leven vieren, de God die het leven geeft: 'We moeten het eeuwige Leven vieren, waaruit ieder ander leven voortkomt. Hiervan ontvangt ieder wezen dat op een of andere manier deel heeft aan het leven, het leven, in verhouding met zijn mogelijkheden. Dit goddelijk Leven, dat boven ieder ander leven uitgaat, geeft en bewaart het leven. Ieder leven en iedere levensbeweging komen voort uit dit Leven dat alle leven en ieder levensbeginsel overstijgt. Hieraan danken de zielen hun onbederfelijkheid en hierdoor leven alle dieren en planten, die slechts de zwakste echo van het leven ontvangen. Aan de mensen, wezens die gemaakt zijn van geest en stof, schenkt het Leven het leven. Als we het Leven dan verlaten moeten, dan verandert het ons vanwege zijn overvloedige liefde voor de mens en roept het ons naar zich terug. Niet alleen dat: het belooft ons, om ons, zielen en lichamen, in het volmaakte leven, in de onsterfelijkheid binnen te leiden. Het is te weinig wanneer men zegt dat dit Leven levend is. Het is het Levensbeginsel, de Oorzaak en enige Levensbron. Elk levend wezen moet het beschouwen en prijzen: het is het Leven dat in het leven overstroomt' Pseudo Dionysius de Areopagiet, Over de goddelijke namen, De divinis nominibus.

Ook wij prijzen en zegenen, zoals de Psalmist, in ons dagelijks gebed, als enkelingen en als gemeenschap, God onze Vader, die ons vormde in de moederschoot en die ons zag en beminde toen we nog vormloos waren Vgl. Ps. 139, 13.15-16 , en met overweldigende vreugde roepen wij uit: 'Ik prijs U, dat U mij zo wonderbaar gevormd hebt; wonderlijk zijn uw werken, Gij kent mij door en door' (Ps. 139, 14). Inderdaad, 'dit sterfelijke leven is ondanks zijn problemen, zijn donkere geheimen, zijn lijden en zijn onafwendbare broosheid een zeer schone zaak, een steeds oorspronkelijk en aangrijpend wonder, een gebeurtenis die het waard is met vreugde en lofprijzing bezongen te worden' Paus Paulus VI, Gedachte over de dood, Instituut Paulus VI, Brescia 1988, p. 24.. Meer nog, de mens en zijn leven verschijnen ons niet alleen als een van de grootste wonderwerken van de schepping: God heeft aan de mens een bijna goddelijke waardigheid verleend Vgl. Ps. 8, 6-7 . In ieder kind dat geboren wordt en in iedere mens die leeft of sterft, herkennen wij het beeld van de heerlijkheid van God: deze heerlijkheid vieren wij in iedere mens, het teken van de levende God, en icoon van Jezus Christus.

Wij worden opgeroepen om onze verbazing en dankbaarheid over het als geschenk ontvangen leven uit te drukken en om het Evangelie van het leven niet alleen in het persoonlijke en het gemeenschappelijke gebed, maar vooral in de vieringen van het liturgisch jaar aan te nemen, te genieten en mee te delen. Hier moet speciaal herinnerd worden aan de Sacramenten als werkzame tekens voor de aanwezigheid en de reddende werking van de Heer Jezus in het christelijk bestaan: ze maken de mensen tot deelhebbers aan het goddelijk leven, doordat zij hen verzekeren van de nodige geestelijke kracht, om het leven, het lijden en de dood te ervaren in hun volle betekenis. Dankzij een echte herontdekking en een betere waardering van de betekenis van deze riten zullen onze liturgische vieringen, vooral de vieringen van de sacramenten, steeds beter in staat zijn om de volle waarheid over geboorte, leven, lijden en dood tot uitdrukking te brengen en ons helpen om deze momenten te beleven als een deelname in het paasmysterie van de gekruisigde en verrezen Christus.

Bij de viering van het Evangelie van het leven moeten wij ook de rijkdom van gebaren en symbolen waarderen en goed gebruiken, die aanwezig zijn in de tradities en gewoonten van verschillende culturen en volken. Er zijn speciale momenten en manieren waarop de volken van verschillende naties en culturen de vreugde over een pasgeboren leven uitdrukken, alsook respect voor en bescherming van individuele mensenlevens, zorg voor de lijdenden of behoeftigen, nabijheid met de ouderen en de stervenden, deelname aan het verdriet van hen die rouwen en hoop op en verlangen naar de onsterfelijkheid.

In dit perspectief neem ik ook de door de kardinalen in het consistorium van 1991 gedane suggestie over en stel ik voor dat men in de verschillende landen ieder jaar een Dag voor het Leven viert, zoals reeds op initiatief van enkele bisschoppenconferenties gebeurt. Deze Dag moet met de actieve deelname van alle leden van de plaatselijke Kerk voorbereid en gevierd worden. Het eigenlijke doel ervan is in de gewetens, in de gezinnen, in de Kerk en in de burgerlijke maatschappij erkenning te wekken voor de betekenis en waarde die het menselijk leven op ieder moment en onder iedere omstandigheid heeft; in het centrum van de aandacht moet daarbij vooral het zwaarwegende probleem van abortus en euthanasie gezet worden, zonder echter de andere momenten en aspecten van het leven over het hoofd te zien, die al naar de gelegenheid en de omstandigheden dat vragen, het van tijd tot tijd verdienen om aandachtig beschouwd te worden.

Als een deel van de geestelijke cultus die God welgevallig is Vgl. Rom. 12, 1 , moet het Evangelie van het leven bovenal gevierd worden in het dagelijks bestaan, dat gevuld moet zijn met zelfgave en liefde voor de ander. Op deze wijze zullen onze levens een echte en verantwoordelijke aanvaarding worden van de gave van het leven en een oprechte lied van lof en dank aan God die ons deze gave heeft geschonken. Dit gebeurt al in de vele verschillende gebaren van zelfgave, vaak nederig en verborgen, uitgevoerd door mannen en vrouwen, kinderen en volwassenen, jongeren en ouderen, gezonden en zieken.

In dit kader, dat rijk is aan menselijkheid en liefde, ontstaan ook de heldhaftige daden. Zij vormen de plechtigste verheerlijking van het Evangelie van het leven, want zij verkondigen het door de totale zelfgave; zij zijn de schitterende manifestatie van de hoogste graad van liefde, welke is: zijn leven te geven voor de beminde Vgl. Joh. 15, 13 ; zij zijn een deelname in het mysterie van het Kruis, waarop Jezus de waarde van iedere persoon openbaart en laat zien hoe het leven zijn volheid bereikt in de oprechte zelfgave. Naast deze opzienbarende daden is er de heldhaftigheid van alledag, die bestaat uit kleine en grote gebaren van delen, die een echte cultuur van het leven bevorderen. Onder deze gebaren verdient de in ethisch aanvaardbare vormen uitgevoerde orgaandonatie bijzondere waardering, om zieken die tot dan toe van iedere hoop beroofd zijn, de mogelijkheid van gezondheid of zelfs van het leven aan te bieden.

Tot deze heldhaftigheid van alledag hoort het stille maar des te vruchtbaarder en welsprekender getuigenis van "alle moedige moeders, die zich zonder voorbehoud wijden aan hun gezin, die onder pijnen hun kinderen ter wereld brengen en dan bereid zijn alle moeite en ieder offer op zich te nemen om hun het beste door te geven wat zij in zich dragen". H. Paus Johannes Paulus II, Homilie, Zaligverklaring van Isidoor Bakanja, Elisabeth Canori Mora en Gianna Beretta Molla (24 apr 1994) Wanneer zij hun zending beleven "vinden deze heldhaftige moeders daarbij in hun omgeving niet altijd ondersteuning. Ja, de voorbeelden van de beschaving, zoals zij dikwijls door de massamedia voorgesteld en verbreid worden, moedigen het moederschap niet aan. In naam van de vooruitgang en van het moderne leven, worden de waarden van trouw, kuisheid en offer tegenwoordig als achterhaald gepresenteerd, en toch hebben hele menigten christelijke echtgenotes en moeders zich in deze waarden onderscheiden en doen dat ook vandaag (...) Wij danken u, heldhaftige moeders, voor uw onoverwinnelijke liefde! Wij danken u voor uw onverschrokken vertrouwen op God en op zijn liefde. Wij danken u voor het offer van uw leven(...) In het Paasmysterie geeft Christus u het geschenk terug dat u Hem hebt gegeven. Want Hij heeft de macht u het leven terug te geven dat u Hem als offer hebt aangeboden" . H. Paus Johannes Paulus II, Homilie, Zaligverklaring van Isidoor Bakanja, Elisabeth Canori Mora en Gianna Beretta Molla (24 apr 1994)

Document

Naam: EVANGELIUM VITAE
Over de waarde en de onaantastbaarheid van het menselijk leven
Soort: H. Paus Johannes Paulus II - Encycliek
Auteur: H. Paus Johannes Paulus II
Datum: 25 maart 1995
Copyrights: © 1995 Katholiek Nieuwsblad, Den Bosch
Bewerkt: 15 april 2022

Opties

Internetadres
Print deze pagina
Dit document bestellen
Startpagina van dit document
Inhoudsopgave van dit document
Referenties naar dit document
Referenties vanuit dit document
Trefwoordenlijst voor dit document
RK Documenten wordt mogelijk gemaakt door donaties van gebruikers.
© 1999 - 2024, Stg. InterKerk, Schiedam, test