H. Paus Johannes Paulus II - 8 december 2000
De menselijke situatie beziend, staat men altijd weer verbaasd over de complexiteit en verscheidenheid van menselijke culturen. Elke cultuur onderscheidt zich door haar eigen specifieke ontstaansgeschiedenis en de daaruit voortgekomen kenmerken die haar tot een structureel uniek, oorspronkelijk en organisch geheel maken. Cultuur is de vorm van de menselijke zelfexpressie op zijn reis door de geschiedenis, zowel op het niveau van het individu als dat van sociale groepen. De mens wordt immers voortdurend gedreven door zijn denken en zijn wil om "het goede dat zijn natuur hem meegaf en de waarden" te ontwikkelen, 2e Vaticaans Concilie, Constitutie, Over de Kerk in de wereld van deze tijd, Gaudium et Spes (7 dec 1965), 53 om zijn grondkennis van alle aspecten van het leven, met name aspecten betrekking hebbend op het sociale en politieke leven, op veiligheid en economische ontwikkeling, in een nog verdergaande en systematischere culturele synthese op te nemen en om voeding te geven aan de existentiële waarden en perspectieven, met name in de religieuze sfeer, die het zowel het individu als de gemeenschap mogelijk maken om zich op een waarachtig menselijke manier te ontplooien. Vgl. H. Paus Johannes Paulus II, Toespraak, De mensheid heeft moed nodig voor de toekomst, Voor de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties ter gelegenheid van het 50-jarig bestaan van de wereldorganisatie (5 okt 1995)