Paus Benedictus XVI - 8 juli 2006
Dierbare broeders in het bisschopsambt!
Met een vreugdevol hart dank ik de Heer dat ik als paus naar Spanje kon komen, om deel te nemen aan de Wereldgezinsdagen in Valencia. Ik groet u hartelijk, broeders in het bisschopsambt, en ik dank u voor uw aanwezigheid en de vele inspanningen die u zich hebt getroost voor de voorbereiding en de uitvoering van deze bijeenkomst. Ik heb grote waardering voor het vele werk dat de aartsbisschop van Valencia en zijn hulpbisschoppen hebben verzet, opdat deze voor de hele Kerk zo belangrijke gebeurtenis de gewenste vruchten mag afwerpen en ertoe bijdragen dat het gezin als heiligdom van de liefde, van het leven en van het geloof, een nieuwe impuls krijgt.
In feite heeft de inzet van u allen het al mogelijk gemaakt een familiaire sfeer te scheppen onder de medewerkers en deelnemers uit alle delen van Spanje. Dat is een veelbelovend teken in het licht van de wens die u in uw gemeenschappelijke boodschap voor deze wereldbijeenkomst hebt geuit. Het is ook een uitnodiging de vruchten ervan aan te nemen en in uw bisdommen onvermoeibaar een doeltreffend gezinspastoraat gestalte te geven, opdat de boodschap van het evangelie, die de liefde versterkt en nieuwe dimensies geeft, in ieder huis kan binnenkomen en zo de moeilijkheden helpt overwinnen die het gezin op zijn weg vindt.
U weet dat ik van nabij en met grote belangstelling de gebeurtenissen volg in de Kerk van uw land, dat diep christelijke wortels heeft. Uw land heeft veel bijgedragen tot het getuigenis van het geloof en de verbreiding ervan in veel andere delen van de wereld, en het is geroepen dat ook nu te doen. Houdt deze geest, die het leven van de Spanjaarden in de loop van hun geschiedenis begeleid heeft, levend en sterk, zodat die steeds weer de ziel van uw volk mag voeden en levenskracht schenken. Ik ken en ondersteun met mijn bemoediging de impuls die u de pastorale zorg geeft in een tijd van voortschrijdende secularisatie, die soms zelfs het innerlijk leven van de christelijke gemeenschap in de greep krijgt. Blijft dus verkondigen, zonder u te laten ontmoedigen, dat de waarheid aangaande de mens ondergraven wordt en dat er een hypotheek wordt gelegd op de toekomst van de cultuur en de samenleving, als men God buiten beschouwing laat, doet alsof Hij niet bestaat, of het geloof geheel naar de privé-sfeer verbant.
Daarentegen is het richten van de blik op de levende God, die borg staat voor de waarheid en onze vrijheid, een voorwaarde om tot een nieuwe menselijkheid te komen. Wat de wereld vandaag de dag bijzonder nodig heeft is dat God verkondigd wordt en dat er wordt getuigd van Hem, die liefde is en daarom het enige Licht dat tenslotte het donker van de wereld verlicht en ons de kracht geeft te leven en te handelen. Vgl. Paus Benedictus XVI, Encycliek, God is Liefde, Deus Caritas Est (25 dec 2005), 39 Denkt in moeilijke ogenblikken of situaties aan de woorden uit de Brief aan de Hebreeën: “Laten wij ... vastberaden de wedstrijd lopen waarvoor we hebben ingeschreven. Zie naar Jezus, de aanvoerder en voltooier van ons geloof. In plaats van de vreugde die Hem toekwam, heeft Hij een kruis op zich genomen en de schande niet geteld ... dat zal u helpen om niet uit te vallen en de moed niet op te geven” (Hebr. 12, 1-3). Verkondigt dat Jezus “de Christus, de Zoon van de levende God” is (Mt. 16, 16), die “woorden van eeuwig leven” heeft Vgl. Joh. 6, 68 , en weest altijd bereid tot verantwoording en rekenschap van de hoop die in u leeft Vgl. 1 Pt. 3, 15 .
Dierbare broeders in het bisschopsambt, ik doe een dringend beroep op u om de broederlijke gemeenschap te bewaren en te laten groeien als getuigenis van en voorbeeld voor de kerkelijke gemeenschap, die moet heersen bij het hele gelovige volk dat aan u is toevertrouwd. Ik bid voor u, ik bid voor Spanje. Ik vraag om uw gebed voor mij en voor de hele Kerk. Ik roep de heilige Maagd Maria aan, die in uw land zo zeer vereerd wordt, dat zij u mag beschermen en begeleiden in uw herdersambt. Tegelijk geef ik u met grote genegenheid de apostolische zegen.
Valencia, 8 juli 2006
Paus Benedictus XVI