Ook de ontoereikende erkenning van de situatie van de vrouw is oorzaak van factoren van instabiliteit in de sociale ordening. Ik denk aan de uitbuiting van de vrouwen, die als objecten worden behandeld en aan de vele vormen van gebrek aan respect voor haar waardigheid; ook denk ik - in een andere context - aan de antropologische zienswijzen die in enkele culturen nog voortbestaan, die de vrouw een plaats toewijzen waardoor ze nog sterk onderworpen is aan de willekeur van de man, met schadelijke gevolgen voor de waardigheid van haar persoon en voor de uitoefening van wat juist haar fundamentele vrijheden zijn. Men mag zich niet wijsmaken dat de vrede ooit verzekerd kan zijn, zolang deze vormen van discriminatie niet zijn overwonnen, die de persoonlijke, door God in elk menselijk wezen is ingegrifte waardigheid aantasten. Vgl. Congregatie voor de Geloofsleer, Brief aan de bisschoppen van de katholieke Kerk over de samenwerking van man en vrouw in de Kerk en in de wereld (31 mei 2004), 15-16