Paus Benedictus XVI en Patriarch Bartholomeus I - 30 november 2006
Deze broederlijke ontmoeting dat ons bij elkaar brengt, Paus Benedictus XVI van Rome en Oecumenisch Patriarch Bartholomeus I, is het werk van God en in een bepaald opzicht een gave. We zijn de Schepper van al datgene dat goed is dankbaar, die het ons mogelijk maakt opnieuw, in gebed en in dialoog, uitdrukking te geven aan de vreugde die we voelen als broeders en om onze vastbeslotenheid te hernieuwen om te komen tot een algehele gemeenschap (communio). Dit voornemen is de wil van de Heer en komt vanuit onze verantwoordelijkheid als herders van de Kerk van Christus. Moge onze ontmoeting voor ons een teken zijn en een aanmoediging om dezelfde gevoelens te delen en dezelfde houding van broederschap, medewerking en gemeenschap in liefde en waarheid. De Heilige Geest zal ons helpen om de grote dag voor te bereiden van het herstellen van de volledige eenheid, wanneer en hoe is de wil van God. Dan zullen we in staat zijn werkelijk verheugd en blij te zijn.
We hebben met dankbaarheid herinnerd aan de ontmoetingen van onze vereerde voorgangers, gezegend zij de Heer, die de wereld hebben aangetoond de noodzaak om tot eenheid te komen en ons de paden hebben gewezen om dit te bereiken, door dialoog, gebed en het dagelijks leven van de Kerk. Paus Paulus VI en Patriarch Athenagoras I zijn als pelgrims naar Jeruzalem gegaan, juist naar die plek waar Jezus Christus stierf en verrees voor het heil van de wereld. Zij ontmoetten elkaar nogmaals, hier in Phanar en in Rome. Zij lieten ons een H. Paus Paulus VI - Toespraak
Gezamenlijke verklaring van Paus Paulus VI en Patriarch Athenagoras I
(6 januari 1964) na die haar waarde heeft behouden. Het benadrukt dat ware dialoog in liefde moet volhouden en inspiratie moet zijn voor alle relaties tussen individuen en tussen Kerken, dat het "moet zijn geworteld in een totaal vertrouwen in de ene Heer Jezus Christus en in een wederzijds respect voor ieders eigen tradities" Tomos Agapis, 195. Wij zijn de wederzijdse bezoeken van Zijne Heiligheid Paus Johannes Paulus II en Zijne Heiligheid Dimitrios I niet vergeten. Het is gedurende het bezoek van Paus Johannes Paulus II, zijn eerste oecumenische bezoek, dat de oprichting van de Gemeenschappelijke Commissie voor Theologische Dialoog tussen de Katholieke Kerk en de Orthodoxe Kerk (als één geheel), werd aangekondigd. Dit heeft onze Kerken dichter bij elkaar gebracht in het pogingen te ondernemen om te komen tot herstellen van de volledige gemeenschap (communio).
Wat betreft de relaties van de Kerk van Rome en de Kerk van Constantinopel kunnen we voorbijgaan aan het herinneren aan de plechtige kerkelijke daad van het herroepen van de oude ex-communicaties, die zoveel eeuwen een negatief effect hebben gehad op onze Kerken. We hebben tot nu toe nog niet alle positieve consequenties van deze daad bewerkstelligd die hieruit voort kunnen komen om te groeien naar de volledige eenheid, waartoe de Gemengde Commissie is opgericht om een belangrijke bijdrage daarin te leveren. We nodigen alle gelovigen uit om deel te nemen en een actieve rol te spelen in dit proces, door gebed en door belangrijke handelingen.
Ten tijde van de plenaire vergadering van de Gemengde Commissie voor theologische dialoog, die door gastvrijheid van de Servisch Orthodoxe Kerk kortgeleden in Belgrado gehouden werd, hebben we uiting gegeven aan de diepgaande vreugde van het hernemen van de theologische dialoog. Dit was enkele jaren onderbroken geweest vanwege diverse problemen, maar de Commissie is nu weer in staat om hernieuwd in een geest van vriendschap en medewerking te werken. Bij de behandeling van het onderwerp "Concilies en Autoriteit in de Kerk" op lokaal, regionaal en universeel niveau heeft de Commissie een studiefase afgerond over de ecclesiologische en canonieke consequenties van de Sacramentele natuur van de Kerk. Dit staat ons toe om een aantal principiële vraagstukken te behandelen die nog steeds onopgelost zijn. We hebben ons voorgenomen om onbeperkte steun te geven aan deze Commissie, zoals ook in het verleden, en we begeleiden haar leden met onze gebeden.
Als herders hebben we allereerst nagedacht over de missie tot het verkondigen van het Evangelie in de wereld van vandaag. Deze zending "Gaat dus en maakt alle volkeren tot Mijn leerlingen" (Mt. 28, 19) is meer dringend en noodzakelijk dan ooit, zelfs in de traditioneel Christelijke landen. Veel meer nog, we kunnen de toegenomen secularisatie, relativisme, zelfs nihilisme, vooral in de Westerse wereld, niet ontkennen. Dit alles roept om een hernieuwd en krachtige verkondiging van het Evangelie, aangepast voor de culturen van deze tijd. Onze tradities vertegenwoordigen voor ons een patrimonium welke wij steeds delen, voorleven en opnieuw interpreteren. Daarom moeten we onze samenwerking versterken en van onze gemeenschap getuigen ten overstaan van de wereld.
We hebben positief gekeken naar het proces dat geleid heeft tot de vorming van de Europese Unie. Zij die betrokken zijn bij dit grote project moeten niet vergeten alle aspecten mee te nemen in hun overwegingen die invloed hebben op de onvervreemdbare rechten van de menselijke persoon, voor de godsdienstvrijheid, een uiting en garantie van het respect voor alle andere vrijheden. Bij iedere stap voorwaarts tot eenheid moeten minderheden, met hun culturele tradities en hun bijzondere gewoontes van hun religies, worden beschermd. Europa dient haar christelijke wortels, tradities en waarden te behouden, ook al staat zij open voor andere religies en hun culturele bijdragen, opdat ze respect behoud voor haar geschiedenis en dus bijdraagt aan de Europese cultuur van de toekomst en de kwaliteit van de menselijke relaties op alle niveaus. Binnen deze context willen we niet vergeten te duiden op de zeer oude getuigenissen en het schitterende Christelijke erfgoed van het land waar onze ontmoeting plaatsvindt. Het begint reeds bij wat in de Handelingen van de Apostelen verteld wordt over de figuur van de Heilige Paulus, Apostel van de heidenen. In dit land ontmoet de boodschap van het Evangelie de oude culturele tradities. Deze verbinding, dat zozeer heeft bijgedragen aan het christelijk erfgoed dat we delen, blijft altijd en zal nog meer vrucht voortbrengen in de toekomst door evangelisatie en door onze eenheid.
Onze zorgen gaan uit naar die plaatsen in de wereld waar christenen vandaag de dag leven en de problemen waar ze mee te maken hebben, in het bijzonder de armoede, oorlog en terrorisme, maar tevens ook aan vormen van uitbuiting van de armen, van de migranten, vrouwen en kinderen. We zijn geroepen om samen te werken om het respect te promoten voor de rechten van alle mensen, geschapen naar de gelijkenis en het beeld van God, en om economische, sociale en culturele ontwikkelingen te koesteren. Onze theologische en ethische tradities kan een stevige basis geven voor een gemeenschappelijk benadering in gebed en actie. Boven alles wensen we te bevestigen dat onschuldige mensen doden in de naam van God een aanval is op God zelf en op menselijke waardigheid. Wij allen moeten ons er voor inzetten voor een hernieuwde dienst aan de mensheid en de bescherming van het menselijk leven, ieder menselijk leven.
De zaak van de vrede in het Midden Oosten gaat ons zeer ter harte. Daar heeft onze Heer geleefd, geleden, is Hij gestorven en verrezen, en waar een grote veelheid aan Christelijke broeders eeuwen hebben geleefd. Ten zeerste hopen we dat de vrede hersteld zal worden in de regio, dat het in respect met elkaar samenleven versterkt wordt tussen de verschillende mensen die er leven, tussen de verschillende Kerken en tussen de verschillende religies die daar zijn versterkt. Hiertoe moedigen we de oprichting aan om nauwere banden aan te gaan tussen Christenen en van een authentieke en eerlijke interreligieuze dialoog om daarmee iedere vorm van geweld en discriminatie tegen te gaan.
Met het oog op de grote bedreiging van het milieu willen we ook uiting geven aan onze bezorgdheid voor de negatieve gevolgen voor de mensheid en voor het geheel van de schepping als gevolg van de economische en technologische vooruitgang dat haar grenzen niet kent. Als religieuze leiders beschouwen we het als een van onze plichten om de inspanningen om Gods schepping te beschermen aan te moedigen en te ondersteunen, opdat wede volgende generaties een wereld nalaten waarin het hun mogelijk is te leven.
Tenslotte gaan onze gedachten uit naar de gelovigen van onze twee Kerken in de gehele wereld, alsmede bisschoppen, priesters, diakens, mannelijke en vrouwelijke religieuzen, mannelijke en vrouwelijke leken die actief zijn in de kerkelijke dienst, en aan allen die gedoopt zijn. In Christus groeten we alle Christenen en verzekeren hen van ons gebed en onze openheid in de dialoog en samenwerking. Met de woorden van de Apostel van de heidenen groeten wij u allen: "Genade en vrede voor u vanwege God onze Vader en de Heer Jezus Christus!" (2 Kor. 1, 2)
In de Phanar, 30 november 2006
Paus Benedictus XVI Patriarch Bartholomeus I