H. Paus Johannes Paulus II - 28 januari 1979
Elders gebruikte nummering:
Inleiding 0
I
inleiding 0a
I 1 1
I 2-5 2-5
I 7-8 7-8
I 9 9
II 10-12
III 13-19
IV
20
1
Dierbare broeders in het bischopsambt,
Dit uur, waarin ik het geluk heb met U te zijn, is zeker een historisch ogenblik te noemen voor de Kerk in Latijns-Amerika. Hiervan is zich de wereldopinie bewust, evenals de gelovige leden van uw lokale kerken; en vooral ook U zelf, die de voortrekkers en leiders van dit uur zult zijn.
Het is ook een uur van genade, getekend door het voorbijgaan van de Heer, door een zeer bijzondere tegenwoordigheid en werkzaamheid van de Geest Gods. Daarom hebben wij met groot vertrouwen deze Geest aangeroepen bij de aanvang van onze werkzaamheden. Daarom ook vraag ik U heden als een broeder aan zijn zeer geliefde broeders: laat U zich alle dagen van deze conferentie en in heel uw handelen leiden door de Geest; stelt U zich open voor Zijn inspiratie en Zijn aansporing; laat Hij en geen andere Geest U leiden en sterken.
Onder leiding van deze Geest vergadert Gij, bisschoppen van alle landen, die het episcopaat van geheel het Latijnsamerikaanse continent vertegenwoordigt, voor de derde maal in de laatste vijfentwintig jaar, om gezamenlijk de betekenis van uw zending te verdiepen met het oog op de nieuwe eisen van uw volkeren.
De conferentie die heden wordt geopend, samengeroepen door de vereerde Paulus VI, bevestigd door mijn onvergetelijke voorganger Johannes Paulus I en door mij opnieuw bevestigd als een van de eerste handelingen van mijn pontificaat, is verbonden met de conferentie van Rio de Janeiro, nu reeds lang geleden, die als voornaamste vrucht de geboorte van de CELAM opleverde. Maar zij is nog sterker verbonden met de tweede conferentie van Medellin, nu tien jaar geleden. In uw gedachtenwisselingen zult zich laten leiden door het werkschema, dat met zoveel zorg is voorbereid en waarop U steeds terug kunt grijpen. Maar gij zult tevens de apostolische exhortatie “H. Paus Paulus VI - Postsynodale Apostolische Exhortatie
Evangelii Nuntiandi
Over de Evangelisatie in de Moderne Wereld
(8 december 1975)” van Paulus VI in handen hebben. Met welke gevoelens van vreugde keurde deze grote opperherder het onderwerp van de conferentie goed: “Het heden en de toekomst van de geloofsverkondiging in Latijns-Amerika”!
Dat kunnen degenen getuigen, die gedurende de maand van voorbereiding van de vergadering in zijn nabijheid waren. Zij kunnen ook getuigen van de dankbaarheid waarmee hij vernam, dat de achtergrond van deze gehele conferentie deze tekst (van “H. Paus Paulus VI - Postsynodale Apostolische Exhortatie
Evangelii Nuntiandi
Over de Evangelisatie in de Moderne Wereld
(8 december 1975)”) zou zijn, waarin hij als herder zijn hele ziel had gelegd, toen zijn leven he einde naderde. Nu hij “zijn ogen gesloten heeft voor het schouwspel van deze wereld” Vgl. H. Paus Paulus VI, Gebed en Testament, Mijn Testament (30 juni 1965), 6, is dit document een geestelijk testament geworden, dat de conferentie met liefde en toewijding zal dienen te onderzoeken om het uit te bouwen tot een nieuw verplicht uitgangspunt, waarop men kan teruggrijpen en om te zien hoe het in de praktijk kan worden verwezenlijkt. De gehele Kerk is U dankbaar voor het voorbeeld dat U geeft, voor wat Gij doet en voor wat andere lokale kerken wellicht op hun beurt zullen doen.
De paus wenst met U te zijn bij het begin van uw werkzaamheden, dankbaar tegenover de Vader van alle licht van wie alle volmaakte gave neerdaalt Vgl. Jak. 1, 17 , dat hij met U verenigd mocht zijn in de plechtige Mis van gisteren onder het moederlijk oog van de Maagd van Guadalupe, evenals in de heilige Mis van hedenochtend Zeer gaarne zou ik bij U blijven in gebed, overweging en werk; weest U ervan verzekerd, dat ik met U zal blijven in de geest, terwijl ”de zorg voor alle kerken” (2 Kor. 11, 28) mij elders roept. Alvorens mijn herderlijk bezoek door Mexico te vervolgen en naar Rome terug te keren, wens ik U ten minste als onderpand van mijn geestelijke aanwezigheid enige woorden na te laten, uitgesproken met de diepe zorg van de herder en toegenegenheid van de vader, woorden die de echo zijn van mijn voornaamste zorgen ten opzichte van het thema dat Gij gaat behandelen en met betrekking tot het leven van de Kerk in deze geliefde landen.