Synodevaders - 30 oktober 1987
PROPOSITIONES N.A.V. DE 10E BISSCHOPPENSYNODE OVER DE LEKEN | |||
► | DOOR GOD GEROEPEN TOT GEMEENSCHAP MET HEM EN TOT ZENDING VOOR HET HEIL VAN DE WERELD |
Alle christengelovigen, mannen en vrouwen, die door de doop in Christus zijn ingelijfd, bezitten dezelfde christelijke waardigheid en allen vormen tegelijk het Volk Gods. Het zal nodig zijn een positieve omschrijving te geven van de roeping en zending van de christengelovige-leek. Daartoe zal het goed zijn de leer van het Tweede Vaticaans Concilie te beamen en grondiger te bestuderen, ook in het licht van de jongste documenten van het Kerkelijk leergezag, gelet ook op de ervaringen in het kerkelijke leven onder leiding van de Heilige Geest.
Christengelovigen zijn mannen en vrouwen, die door het doopsel van zonden schoongewassen en begiftigd met de genade en de theologische deugden, ingelijfd zijn in de Kerk zó dat zij zich met de aanvaarding van het geloof richten tot God de Vader, schepper en Christus, de Verlosser. Leerlingen van Christus geworden en geroepen tot heiligheid, deelhebbend aan de Eucharistie en uitgerust met de gaven van de Heilige Geest, stellen de christengelovigen ieder afzonderlijk en op eigen wijze het leven en de zending van Christus in deze wereld present tot eer van God en tot heil van de mensen, in afwachting van de zalige aanschouwing van God in het nieuwe Jeruzalem. Daarom zijn de christengelovigen-leken levende en medeverantwoordelijke lidmaten van de Kerk, die een profetische, priesterlijke en koninklijke gemeenschap is. In deze zending van de Kerk, die uiteraard haar wortels heeft in het mysterie van het mensgeworden Woord, delen de leken op een bijzondere manier volgens de eigen seculiere dimensie.
Levend als pelgrim in deze wereld moet de Kerk Gods de gaven van God en de door Christus toevertrouwde zending in deze wereld uitvoeren en tot een goed einde brengen. Hoewel heel de Kerk, die in de wereld leeft, maar niet van de wereld is, een seculiere dimensie heeft, hoort deze dimensie toch op een speciale manier tot de zending van de leken. Zij immers leven in de wereld om die wereld een aan God welgevallige offerande te laten zijn.
De seculiere leefomstandigheden - in arbeid, gezin, samenleving enz. - pressen de leken-gelovigen ertoe om de tijdelijke werkelijkheden te ordenen naar Gods wil en om zichzelf en andere medeburgers te heiligen en zó te laten zien dat het door Christus gebrachte heil de mens in zijn totaliteit aangaat. Het seculiere kenmerk van de lekengelovige moet dus niet alleen sociologisch, maar bovenal theologisch worden gedefinieerd. Het seculiere kenmerk moet begrepen worden in het licht van de scheppings- en verlossingsdaad van God, die de wereld aan mannen en vrouwen heeft overgedragen om in het scheppingswerk te delen, de schepping van zondige invloeden te bevrijden en zichzelf te heiligen in huwelijk of celibatair leven, gezin, beroep en maatschappelijke activiteiten. Zó leggen zij getuigenis af van de nieuwe wereld in Christus Jezus door hun deelname in sociale, economische en politieke activiteiten. Ten volle leden van de Kerk, delen de leken ook in de profetische zending door in woord en werk Christus uit te dragen in alle levensomstandigheden van de mensen. Zó zal de nieuwe aarde worden voorafgebeeld en zal ook het Rijk worden aangekondigd, dat hier al begonnen is en dat uiteindelijk ten volle openbaar moet worden.
Door één en dezelfde doopgenade worden alle christengelovigen geroepen tot heiligheid, zijn daartoe zelfs verplicht, en uit deze genade, waarin de Heilige Geest zijn gaven openbaar maakt, vloeien diverse roepingen voort, wil heel het Volk van God de zending om alles in Christus te herstellen waar maken. Gedreven door de liefde, welke de Heilige Geest in de harten heeft uitgestort, helpen zij elkaar wederkerig om ieder voor zich de eigen roeping te vinden en tot een goed einde te brengen. Zij dienen af te gaan op de bronnen voor de levensvereniging met God de Vader in Christus door gelovig te luisteren naar het Woord Gods, door actief deel te nemen aan het Eucharistisch offer, door het Verzoenings- of Boetesacrament en andere sacramenten te ontvangen, door aanhoudend zowel persoonlijk als in gezins- en gemeenschapsverband te bidden, door aandachtig op te zien naar de trouw, die wij de Heilige Geest, de gever van de nieuwe liefdeswet, moeten betuigen in de dagelijkse gebeurtenissen, in gezin, arbeid, tijden van ontspanning en in de kunsten door in alle personen het gelaat van Christus te zoeken. Op die manier groeien zij tot de volheid van Christus' leven en kondigen zij door het teken van hun eigen leven de Blijde Boodschap aan en dragen die over. Bovendien moeten de christengelovigen er aan denken dat onverschillig welke activiteit, die op het bovennatuurlijke gericht staat, onvruchtbaar zal zijn, als ze niet in staat van genade wordt volbracht, dat is: in eenheid met Christus, want de rank, die niet met de wijnstok - die Christus is - verbonden blijft, brengt geen enkele vrucht voort: 'want zonder mij kunt ge niets doen' (Joh. 15, 5).
De eenheid van leven van de leken-gelovigen is van het hoogste belang: zij moeten immers in het gewone beroeps- en sociale leven geheiligd worden. Om dus aan hun roeping te beantwoorden, moeten de leken-gelovigen hun dagelijkse activiteiten zien als een kans om zich met God te verenigen en Diens wil te vervullen alsmede om andere mensen van dienst te zijn en hen te voeren tot gemeenschap met God in Christus. Vandaar moeten de dimensies van incarnatie en historiciteit van de christelijke spiritualiteit voor alle christengelovigen-leken duidelijk zijn zó dat de heiligheid een concrete betekenis heeft, wil zij zich echt voltrekken naar analogie van het Mensgeworden Woord, dat zich voor de mensen heeft overgeleverd. De sociale leer van de Kerk moet als een integraal onderdeel van de spirituele vorming worden beschouwd. Alle christenen zijn geroepen hun liefde voor de naasten, heel bijzonder de armen, te laten zien en een samenleving van gerechtigheid en liefde op te bouwen.
Het spirituele leven van een christen is echt ecclesiaal. Daarom is het heel goed om het belang van zowel de parochie als van verenigingen, bewegingen en andere instellingen, die vooral in de jongste tijd ontstaan zijn ter bevordering van het spirituele leven van leken helder uit te laten komen. Derde Orden en andere verenigingen, die gelieerd zijn aan instituten voor gewijd leven hebben ook haar aandeel in de spirituele vorming van de christengelovigen.
Omdat het de plicht is van de christengelovigen zich ervoor in te zetten, dat de goddelijke heilsboodschap tot alle mensen overal ter wereld doordringt, moet ook in hun herinnering worden teruggeroepen dat de missionaire dimensie een wezenlijk aspect is van echte heiligheid, te meer omdat het merendeel van de huidige mensheid Christus nog niet kent of niet aanvaardt.
Ter ontplooiing van de heiligheid van gelovige leken moet ook de noodzakelijke vorming in herinnering worden geroepen alsmede de waarde van de middelen, die de Kerk gewoonlijk aanbeveelt ter bevordering van een degelijk spiritueel leven, namelijk de schriftlezing, sacramenten, liturgie, persoonlijk gebed, kinderlijke liefde tot Maria, retraite enz. Door het afnemen van volksdevoties ervaren veel gelovigen een leemte in hun spirituele leven. Onder behoud van de leer van het Tweede Vaticaans Concilie met betrekking tot de liturgie als hoogtepunt, 'waarnaar de Kerk in al haar handelen streeft en tegelijk als bron' 2e Vaticaans Concilie, Constitutie, Over de heilige liturgie, Sacrosanctum Concilium (4 dec 1963), 10, waaruit al haar kracht ontspringt, bevelen wij, naar omstandigheden, de pogingen aan om alle publieke geloofsuitingen, bijvoorbeeld pelgrimages, processies enz., en ook het gezinsgebed thuis te bevorderen.
Op veel manieren ervaren mensen pijn en tegenstellingen; wat meer zegt: zij worden ten diepste gegrepen door angst voor de realiteit van de eigen dood en voor een onzekere toekomst. Christus heeft ons daarvan verlost, toen Hij onze zonden uitdelgde. In gehoorzaamheid aan de wil van de Vader en in uiterste liefde voor ons nam Hij het kruis op zich en legde daarmee een liefdesgetuigenis af tegenover misdadiger en vijand. Alle christengelovigen moeten de pijn en de tegenstellingen leren aanvaarden door ze in verbinding te brengen met Christus' Kruis, dat aan heel het christelijke leven zin geeft.
Mannelijke en vrouwelijke religieuzen staan ten dienste van de heiliging van de hele kerkgemeenschap en tot zover ook ten dienste van het laicaat in de Kerk, dat daarvan het merendeel uitmaakt. Zij zijn de leken en de hele Kerk van dienst:
De werkzaamheid van de Heilige Geest, die waait waar Hij wil, wordt niet altijd gemakkelijk onderkend en aanvaard. Wij weten dat God werkzaam is in alle christengelovigen en wij zijn ons bewust van de weldaden, die uit de geestesgaven voortvloeien zowel voor ieder afzonderlijk als voor de christengemeenschap in haar geheel. Tegelijk echter zijn we ons ook bewust van de macht der zonde en van haar inspanning om het leven van gelovigen en van gemeenschappen in beroering en verwarring te brengen. Daarom is een voortdurend onderscheid der geesten noodzakelijk. De geestesgaven horen tot het concrete kerkelijke leven. Daarom moeten de herders, altijd bedacht op de werkzaamheid van de Heilige Geest, de geestesgaven bevorderen en verdedigen. Zoals het hoofd de activiteiten van het hele lichaam ordelijk richt op het totale welzijn, zó moet ook in de Kerk het gezag, dat door Christus aan de Apostelen en hun opvolgers gegeven is, alles toetsen en, wat goed is, behouden Vgl. 1 Thess. 5, 21 .
Tenslotte is het te wensen dat helder aan het licht komen: