
H. Paus Johannes Paulus II - 10 november 1979
Het zoeken van de waarheid is de taak van de fundamentele wetenschap. De onderzoeker die zich op dit eerste plan van de wetenschap beweegt wordt geheel gefascineerd door de woorden van de heilige Augustinus: 'Intellectum valde ama' - 'houdt veel van het verstand' H. Augustinus, Brieven, Epistulae. 120, 3, 13; PL 33, 459 en de functie welke haar eigen is, de waarheid te kennen. De zuivere wetenschap is een goed, dat ten zeerste onze liefde verdient, want zij is kennis en aldus vervolmaking van de mens in zijn verstandelijke vermogen. Nog afgezien van haar technische toepassingen, moet zij om haarzelf als een wezenlijk onderdeel van de cultuur in ere worden gehouden. De fundamentele wetenschap is een universeel goed dat elk volk ten overstaan van elke vorm van internationale slavernij of intellectueel kolonialisme in volledige vrijheid moet kunnen ontwikkelen.
Het fundamenteel onderzoek moet vrij staan tegenover de politieke en economische machten, die juist aan zijn ontwikkeling moeten meewerken zonder het in zijn creativiteit te belemmeren of het aan hun eigen doeleinden dienstbaar te maken. Evenals elke andere waarheid behoeft de wetenschappelijke waarheid slechts verantwoording af te leggen aan zichzelf en aan de hoogste Waarheid die God, Schepper van mensen en dingen, is.