Johannes Kard. Villot - 1 november 1973
Rekening houdend met de aard van de liturgie als een aktiviteit van de gehele mens en met de kinderpsychologie, moet deelneming door uiterlijke gedragingen en lichaamshouding in de Eucharistievieringen met kinderen sterk bevorderd worden, in overeenstemming met de leeftijd van de kinderen en met de plaatselijke gewoonte. Veel hangt af niet alleen van de gedragingen van de priester zie nr. 23, maar ook van de wijze waarop de gehele gemeenschap der kinderen zich gedraagt.
Als een bisschoppenconferentie overeenkomstig de bepaling van de Congregatie voor de Goddelijke Eredienst
Institutio Generalis Missalis Romani
Algemene Inleiding op het Romeins Missaal (26 maart 1970) de uiterlijke gedragingen tijdens de Eucharistieviering aanpast aan de volksaard Vgl. Congregatie voor de Goddelijke Eredienst, Algemene Inleiding op het Romeins Missaal, Institutio Generalis Missalis Romani (26 mrt 1970), 21, moet deze ook rekening houden met de speciale gesteldheid van de kinderen of uitsluitend voor de kinderen zulke aanpassingen vaststellen.
Onder de handelingen die tot de uiterlijke gedragingen worden gerekend, verdienen de processies en de andere handelingen die een lichamelijke deelneming meebrengen, bijzondere vermelding.
Een intocht van de kinderen met de celebrerende priester in de vorm van een processie kan bijdragen tot een beter begrip voor het feit dat er nu een gemeenschap wordt gevormd Vgl. Congregatie voor de Goddelijke Eredienst, Algemene Inleiding op het Romeins Missaal, Institutio Generalis Missalis Romani (26 mrt 1970), 24; de deelneming van tenminste enkele kinderen aan de processie met het Evangelie maakt de aanwezigheid van Christus duidelijker, die het woord aan zijn volk verkondigt; een processie van de kinderen met de kelk en de gaven geeft scherper aan welke de zin en betekenis is van het gereed maken van de gaven; een behoorlijk geordende processie bij de Communie is voor de godsvrucht van de kinderen zeer bevorderlijk.