Paus Pius XII - 24 december 1940
KERSTBOODSCHAP 1940 | |||
► | De nieuwe ordening | ||
► | Slot: aansporing tot gebed |
Eerbiedwaardige broeders en beminde zonen! Als eens het ogenblik komt, waar allen naar uitzien, maar dat naar menselijk oordeel nog niet te be palen valt; het ogenblik, waarop de wapenen zullen zwijgen en waarop men in de paragrafen van het vredesverdrag de resultaten van dit reusachtig conflict zal vastleggen, dan wensen wij, ons toe, dat de mensheid en degenen die haar de weg zullen wijzen waarop zij moet voortgaan, de nodige rijpheid van geest en bekwaamheid, in de praktijk zullen hebben om het terrein te effenen voor een degelijke, waarachtige en rechtvaardige nieuwe ordening. Wij smeken God dat het zo moge zijn. En wij sporen u allen aan, uw gebeden met de onze te verenigen, opdat het licht en de bescherming van de almachtige God degenen, in wier handen beslissingen zullen liggen van zo groot gewicht voor de rust van de wereld en van zulk een zware verantwoordelijkheid, behoede voor het herhalen - in veranderde vorm - van vroegere misstappen en voor het opnieuw vallen in de fouten van het verleden. Zo toch zouden zij - ook zonder het te beseffen of te willen - de toekomst der volkeren en van hun eigen natie een weg opdrijven, waarop geen enkele ware orde te vinden is, maar alleen redenen tot vrees en aanleidingen voor nieuwe rampen. Moge dan de geest van diegenen, van wie doorzicht, wilskracht, vooruitzien en gematigdheid het geluk of bet ongeluk van de volkeren zal afhangen, zich laten leiden door het licht van de welbekende spreuk: Bis vincit, qui se vincit in vietoria. (11)
Wij leggen met een onbegrensd vertrouwen, dat van geen wijken weet, onze verlangens, onze verwachtingen en onze gebeden in de almachtige en barmhartige handjes van den pasgeboren Verlosser, en met u, met alle priesters der H. Kerk, met al degenen die in Christus hun Heer en Zaligmaker erkennen, roepen wij Hem aan, om de mensheid te verlossen van de tweedracht, waarin de oorlog haar heeft gestort: O radix Iesse, qui stas in signum populorum, super quem continebunt reges os suum, quem Gentes deprecabuntur: veni ad liberandum nos, iam nall tardare. (12)
Met deze woorden vol vurig verlangen op de lippen en met de bedoeling in het hart, verlenen wij u, eerbiedwaardige broeders en beminde zonen, en aan al onze kinderen over de hele aardbodem, bijzonder aan de slachtoffers van de oorlog uit alle natiën, als onderpand van overvloedige goddelijke genade met vaderlijke liefde de apostolische zegen.