H. Paus Paulus VI - 24 juni 1967
Zij, die fysiek, psychisch of moreel ongeschikt blijken, moeten zo spoedig mogelijk het advies krijgen van het priesterschap af te zien. Zij, die belast zijn met de opleiding moeten zich er goed van bewust zijn, dat hier voor hen een ernstige plicht ligt. Laten zij zich niet overgeven aan bedrieglijke hoop en gevaarlijke illusies en laten zij ook in geen geval aan de kandidaten die hoop geven, wat een groot nadeel zou betekenen voor henzelf en voor de Kerk. Een leven, dat innerlijk en uiterlijk zo volledig gericht moet zijn op het goddelijke en zoveel tact vraagt als dat van de ongehuwde priesters is niet voor kandidaten, die geen voldoende fysiek, psychisch of moreel evenwicht bezitten; en men mag niet verwachten dat de genade hier de natuur zal aanvullen.