H. Paus Paulus VI - 24 juni 1967
Maar dit alles betekent geen verslapping van de geldende wetgeving en mag evenmin beschouwd worden als het voorspel van de afschaffing ervan. Laat men geen voedsel geven aan deze veronderstelling, waardoor in de harten de kracht en de liefde wordt verzwakt, die aan het celibaat zijn zekerheid en zijn geluk schenken, en waardoor de ware leer omtrent het celibaat motiveert en de verhevenheid ervan aantoont. Laat men veeleer de studie bevorderen ter verdediging van de geestelijke zin en de zedelijke waarde van de maagdelijkheid en het celibaat. Vgl. 2e Vaticaans Concilie, Constitutie, Over de Kerk, Lumen Gentium (21 nov 1964), 34