
Paus Benedictus XVI - 9 juli 2006
In deze Heilige Mis, die ik met grote vreugde samen met vele Bisschoppen en priesters celebreer, dank ik de Heer voor de ontelbare beminde gezinnen, die zich hier verzameld hebben en een jubelende menigte is geworden. Ik ben ook dankbaar voor de ontelbare anderen die in verre landen via radio en televisie deze viering volgen. Ik groet ieder van u en spreek mijn genegenheid uit in een vredesgroet.
De getuigenissen van Esther en Paulus, zoals we die zojuist hebben horen voorlezen, getuigen dat de gezinnen geroepen zijn om mee te werken aan de overdracht van het geloof. Esther bevestigd: “Sinds ik geboren ben, behoorde ik tot het geslacht van deze familie, Israël die Gij, o Heer, hebt genomen uit alle volkeren” (Est. 14, 5) Paulus volgt de traditie van zijn Joodse voorvaderen, waar hij met een rein geweten God wil dienen. Hij prijst het ware geloof van Timoteus en zegt over hem: “Het geloof dat eerst uw grootmoeder Loïs en uw moeder Eunike bezield heeft en nu ook, daarvan ben ik zeker, leeft in u.” (2 Tim. 1, 5) In de bijbelse getuigenissen omvat de familie niet alleen de ouders en de kinderen, maar ook de grootouders en voorvaderen. De familie toont zich als een gemeenschap van generaties en staat garant voor het erfgoed aan tradities.
Wanneer een kind geboren wordt, begint hij, door de verbinding met zijn ouders, deel te worden van een familietraditie, die nog oudere wortels heeft. Met het geschenk van het leven ontvangt het een hele erfenis aan ervaring. Aangaande deze erfenis hebben de ouders een onvervangbaar recht en een onvervangbare plicht het aan de kinderen door te geven: hun bij hun identiteitsvorming op te voeden, hun in te wijden in het sociale leven, in een verantwoordingsvolle omgang met hun zedelijke vrijheden en in hun eigenschap om lief te hebben – door de ervaring bemind te worden – en ze vooral in te leiden in de ontmoeting met God. De kinderen groeien en ontwikkelen tot mens in die mate, waarin ze vertrouwvol deze erfenis en deze opvoeding aannemen, doordat ze stap voor stap erin kunnen groeien. Op deze manier zijn zij in staat, een persoonlijke synthese te ontwikkelen uit hetgeen wat zij ontvangen hebben en het nieuwe. Een synthese waartoe iedereen en iedere generatie opgeroepen is.
In de aanvang van ieder mens en daarmee in ieder menselijk ouderschap is God de Schepper aanwezig. Daarom moeten de ouders het kind, dat uit hen geboren werd, niet alleen als hun eigen kind beschouwen, maar het als kind van God aannemen, die het om Zijn eigen wil liefheeft en het tot het kindschap Gods geroepen heeft. Meer nog: Iedere generatie, ieder ouderschap, iedere familie heeft haar oorsprong in God, die de Vader, de Zoon en de Heilige Geest is.
Geloof is dus niet louter een cultureel erfgoed, maar de continue werking van de genade van God die roept en onze menselijke vrijheid, dat kan antwoorden of niet op deze roepstem. Ook al kan geen enkel mens antwoorden voor een ander mens, christelijke ouders hebben de opdracht om een geloofwaardige getuigenis af te geven van hun christelijke geloof en hoop. Zij moeten ervoor zorgdragen dat de roepstem van God en het Goede Nieuws, het Evangelie, van Christus hun kinderen zal bereiken op de meest heldere en authentieke wijze.
Als de jaren voorbijgaan, zal het nodig zijn deze gave van God, die met behulp van de ouders aan de kleinen is voorgehouden, verder te cultiveren met wijsheid en mildheid, opdat in hun de mogelijkheid tot onderscheiding ontstaat. Dus, door het constante getuigenis van de wederzijdse liefde van hun ouders, aangevuld en gedragen door een levend geloof en met de liefderijke omgeving van een christelijke gemeenschap, worden kinderen geholpen om de gave van hun geloof te accepteren, de diepste bedoeling van hun eigen leven te ontdekken en met vreugde en dankbaarheid erop te antwoorden.
De christelijke gezinnen geven het geloof door wanneer de ouders hun kinderen leren bidden en wanneer zij met hen bidden Vgl. H. Paus Johannes Paulus II, Postsynodale Apostolische Exhortatie, Over de taken van het christelijk gezin in de wereld van deze tijd, Familiaris Consortio (22 nov 1981), 60; wanneer zij hun leiden naar de Sacramenten en geleidelijk brengen tot het leven in de Kerk; wanneer allen deelnemen aan het lezen van de Bijbel, het licht van het geloof laten schijnen om hun gezinsleven en God dankzeggen als onze Vader.
De Kerk blijft er ons aan herinneren dat de echte vrijheid het resultaat is van het feit dat we naar het beeld en de gelijkenis van God geschapen zijn. Christelijke opvoeding is bijgevolg een opvoeding in vrijheid en tot vrijheid. “Wij doen het goede niet als slaven die niet de vrijheid hebben iets anders te doen, maar we doen het omdat we persoonlijk verantwoordelijkheid dragen voor het geheel; omdat we de waarheid en het goede liefhebben, omdat we God zelf liefhebben en daarom ook zijn schepselen. Dat is de ware vrijheid waartoe de Heilige Geest ons wil brengen.” Paus Benedictus XVI, Homilie, Vespersviering (Pinksterwake) met ontmoeting met vertegenwoordigers van Nieuwe Bewegingen en Kerkelijke gemeenschappen, Kom Schepper Geest daal tot ons neer (3 juni 2006), 6.
Jezus Christus is de volkomen mens, voorbeeld van de vrijheid van de zoon, die ons leert, de andere mensen Zijn liefde door te geven: “Zoals de Vader Nij heeft liefgehad, zo heb ook Ik u liefgehad. Blijftin Mijn liefde” (Joh. 15, 9). In verband hiermee leert het Tweede Vaticaans Concilie: “De Christelijke echtgenoten en ouders moeten volgens hun eigen staat met trouwe liefde gedurende heel hun aardse bestaan elkaar steunen in het genadeleven: zij moten de kinderen, die God hun schenkt, met liefde aanvaarden en hun de Christelijke leer en de evangelische deugen bijbrengen. Hierdoor geven zij aan allen de, vestigen zij een boodschap van liefde en zijn zij de getuigen van de vruchtbaarheid van onze Moeder de Kerk, en werken zij mee aan deze vruchtbaarheid. Dit alles als een manifestatie van en deel hebben aan die liefde waarmee Christus zijn Bruid heeft liefgehad en zich voor haar heeft overgeleverd,” 2e Vaticaans Concilie, Constitutie, Over de Kerk, Lumen Gentium (21 nov 1964), 41. D
Om ons te helpen verder te groeien op de weg naar menselijke rijpheid leert de Kerk ons de wonderbaarlijke werkelijkheid van het onontbindbare huwelijk tussen man en vrouw te respecteren en te bevorderen. Het is een van de grootste en beste diensten voor het algemene welzijn en de echte ontwikkeling van mens en samenleving, om het huwelijk en het gezin te erkennen en te ondersteunen. Het huwelijk en het gezin zijn de beste garantie om de waarde, de gelijkheid en de ware vrijheid van de menselijke persoon te garanderen.
In deze zin wil ik de betekenis en de positieve rol onderstrepen, welke de verschillende kerkelijke organisaties voor de gezinnen met betrekking tot huwelijk en gezin spelen. Daarom wil ik dat “alle mensen van goede wil zich inzetten om de waarden en de aanspraken van het gezin te handhaven en te bevorderen.” H. Paus Johannes Paulus II, Postsynodale Apostolische Exhortatie, Over de taken van het christelijk gezin in de wereld van deze tijd, Familiaris Consortio (22 nov 1981), 86, dat zij met vereende krachten en door een legitieme veelheid van initiatieven bijdragen aan de promotie van het authentieke goede van het gezin in de huidige maatschappij.
Het christelijk gezin – vader, moeder en kind – is dus geroepen, de aangegeven doelen niet als iets dat van buiten af is opgelegd te vervullen, maar als een geschenk van genade, die de echtelieden in het Sacrament van het Huwelijk ingegeven is. Wanneer de ouders open blijven voor de Geest en zijn hulp inroepen, zal hen onophoudelijk de liefde van God, de Vader, meegedeeld worden, die in Christus geopenbaard is en vleesgeworden is. De aanwezigheid van de Geest zal de ouders helpen, de bron en grenzen van hun liefde en overgave niet uit het oog te verliezen en met de Geest samen te werken, om het in alle bereiken van hun leven tegenwoordig en vlees te laten worden. Tegelijk zal de Geest in hen het verlangen naar de definitieve ontmoeting met Christus in het huis van Zijn en onze Vader wekken. Dat is de boodschap van de hoop, die ik vanuit Valencia aan alle gezinnen in de wereld wil zenden.
Amen.