INCARNATIONIS MYSTERIUMBul ter afkondiging van het Grote Jubileumjaar 2000
(Soort document: H. Paus Johannes Paulus II - Apostolische Brief)
H. Paus Johannes Paulus II -
30 november 1998
Een teken van Gods barmhartigheid dat met name tegenwoordig onontbeerlijk is: de
liefde die onze ogen opent voor de noden van hen die in armoede en aan de rand van
de samenleving leven. Dat is een situatie die zich uitstrekt over grote sociale sectoren.
Het gaat ook om de situatie waarin de schaduw des doods hele volken bedekt. Het
mensengeslacht geconfronteerd met vormen van slavernij die nieuw zijn en subtieler
dan die welke bekend zijn uit het verleden. Vrijheid blijft voor teveel mensen een woord
dat ontdaan is van zijn inhoud. Veel landen, met name de armste worden onderdrukt
door een schuld die een dergelijke omvang heeft gekregen, dat het praktisch onmogelijk
is geworden deze af te lossen. Het is bovendien duidelijk, dat er geen werkelijke
vooruitgang geboekt kan worden zonder effectieve samenwerking tussen de volken van
alle talen, rassen nationaliteiten en godsdiensten. Er moet een eind komen aan het
machtsmisbruik dat die de overheersing van de ene partij over de andere tot gevolg
heeft: dat is zonde en onrecht. Wie alleen maar hier op aarde schatten wil vergaren
Vgl. Mt. 6, 19
, kan zich niet verrijken voor het aanschijn van God
Vgl. Lc. 12, 21
.
Het is eveneens noodzakelijk een nieuwe cultuur van internationale solidariteit en
samenwerking te creëren, waarin allen – met name de rijke landen en de private sector
– hun verantwoordelijkheid waarmaken via een economisch model dat ten dienste staat
voor iedere mens. Er mag geen uitstel meer zijn voor het moment waarop de arme
Lazarus mee mag aanschuiven aan tafel naast de rijke om deel te hebben aan hetzelfde
maal en niet langer genoodzaakt is zich te voeden met wat van de tafel valt Vgl. Lc. 16, 19-31
. Extreme armoede is een bron van geweld, van wrok en van aanstoot.
Daar een remedie voor vinden is een werk van gerechtigheid en dus van vrede.
Het jubileum is een nieuwe oproep tot bekering van het hart door een verandering van
leven. Het brengt allen opnieuw onder ogen, dat noch de goederen van de aarde als
absoluut beschouwd moeten worden, want zij zijn niet God, noch de overheersing of het
streven naar overheersing, want de aarde behoort aan God en aan Hem alleen: “het
land behoort aan mij; u bent er vreemdelingen en gasten” (Lev. 25, 23). Moge dit jaar van
genade het hart raken van diegenen die het lot van de volken in handen hebben.
© 1999, Libreria Editrice Vaticana / Stg. InterKerk / Nederlandse Bisschoppenconferentie