Msgr. Martin J. O'Connor - 23 mei 1971
De Kerk beschouwt ze als 'gaven van God' Paus Pius XII, Encycliek, Over film, radio en televisie, Miranda prorsus (8 sept 1957). A.A.S., XXIV (1957), p. 765 aangezien ze de mensen volgens het plan van de goddelijke Voorzienigheid tot broederlijke betrekkingen moeten brengen die een bijdrage zullen leveren aan zijn heilsplan. Verschillende documenten van het Tweede Vaticaans Concilie maken een vollediger begrip van en een scherper inzicht in de sociale communicatie en het functioneren van de communicatiemiddelen in de huidige samenleving mogelijk, met name de Constitutie 2e Vaticaans Concilie - Constitutie
Gaudium et Spes
Over de Kerk in de wereld van deze tijd
(7 december 1965), het Decreet 2e Vaticaans Concilie - Decreet
Unitatis Redintegratio
Over de oecumene
(21 november 1964), de Verklaring 2e Vaticaans Concilie - Verklaring
Dignitatis Humanae
Over de godsdienstvrijheid - Het recht van de persoon en van de gemeenschappen op sociale en burgerlijke vrijheid in godsdienstige aangelegenheden
(7 december 1965), het Decreet 2e Vaticaans Concilie - Decreet
Ad Gentes Divinitus
Over de missie-activiteit van de Kerk
(7 december 1965), het Decreet 2e Vaticaans Concilie - Decreet
Christus Dominus
Over het herderlijk ambt van de bisschoppen in de Kerk
(28 oktober 1965) en in het bijzonder het Decreet dat in zijn geheel 2e Vaticaans Concilie - Decreet
Inter Mirifica
Over de publiciteitsmedia
(4 december 1963) gaat. Dit dank zij de inspiratie en de leer van het Concilie verkregen diepere inzicht moet het de Christenen mogelijk maken de juiste houding tegenover de communicatiemiddelen te vinden en zich er krachtiger voor in te zetten.