DIRECTORIUM OVER VOLKSVROOMHEID EN LITURGIE. PRINCIPES EN RICHTLIJNEN
(Soort document: Congregatie voor de Eredienst en de Sacramenten)
9 april 2002
II - De viering van Boete en Verzoening
Voor veel gelovigen is het bezoeken van een heiligdom een gunstige, vaak gezochte gelegenheid om te naderen tot het boetesacrament. Daarom is het noodzakelijk dat er voor de verschillende elementen die bijdragen tot de vering van het sacrament, zorg gedragen wordt:
- de plaats van de viering: behalve de traditionele biechtstoelen in de Kerk is het in het geval van een druk bezocht heiligdom wenselijk dat er een plaats gereserveerd is voor de viering van het boetesacrament, die zich leent voor ogenblikken van gemeenschappelijke voorbereiding en voor boetevieringen en die met respect voor de canonieke normen en de door de biecht vereiste discretie de gelegenheid biedt voor een gesprek met een biechtvader.
- De voorbereiding op het sacrament: in niet weinig gevallen hebben de gelovigen behoefte aan hulp bij het verrichten van de handelingen die deel uitmaken van het sacrament, vooral bij het richten van de handelingen die deel uitmaken van het sacrament, vooral bij het richten van het hart op God in een oprechte bekering, ’daar hiervan de waarachtigheid van de boetedoening afhangt’. Rituale Romanum, Ordo Paenitentiae, Editio Typica, Typis Polyglottis Vaticanis 1974, 6 a. Men dient daarom te voorzien in ontmoetingen ter voorbereiding erop, zoals voorgesteld in de Ordo paenitentiae (Orde van dienst voor boete en verzoening), Rituale Romanum, Ordo Paenitentiae, Editio Typica, Typis Polyglottis Vaticanis 1974, Appendix II, Specimina celebrationum paenitentialium, 1-73 waarbij door het luisteren naar en het overwegen van Gods Woord de gelovigen geholpen worden met vrucht het sacrament te vieren, of waarbij tenminste geschikte middelen ter beschikking van de gelovigen gesteld worden die hen niet alleen begeleiden in de voorbereiding op het belijden van de zonden, maar vooral in het krijgen van een oprechte berouw.
- De keuze van het rituele handelen dat de gelovige ertoe brengt het kerkelijk karakter van de boetedoening te ontdekken; in dit licht zou het vieren van de orde van dienst voor de verzoening van meerdere boetelingen met individuele biecht en absolutie (de tweede vorm), indien op de juiste wijze ingericht en voorbereid, niet een uitzondering dienen te vormen, maar een normaal gebeuren, vooral voorzien voor sommige tijden en herdenkingen in het liturgisch jaar. Immers, ’de gemeenschappelijke viering laat duidelijker het kerkelijk karakter van de boetedoening zien’. Rituale Romanum, Ordo Paenitentiae, Editio Typica, Typis Polyglottis Vaticanis 1974, Praenotanda, 22 De verzoening zonder volledige uitzonderlijke en buitengewone vorm, die niet verwisselbaar is met de twee gewone vormen en niet te rechtvaardigen is met alleen maar als reden een grote toeloop van boetelingen, zoals gebeurt bij feesten en bedevaarten. [Wetboek, Codex van het Canonieke recht, Codex Iuris Canonici (25 jan 1983), 961. canon 961 § 2
© 2003, Beleidssector liturgie van de Nederlandse Bisschoppenconferentie / Nationale Raad voor Liturgie
Liturgische Documentatie, dl. 2, p. 13-198