Door de gezagvolle interpretatie van het leergezag af te wijzen, welke veroordeeld wordt als klasseninterpretatie, wijkt men tegelijkertijd van de traditie af. Daardoor berooft men zich van een theologisch wezenlijke interpretatienorm en in de aldus gecreƫerde leegte worden de meest radicale stellingen opgenomen van de rationalistische exegese. Zonder kritische geest wordt zo de tegenstelling weer opgenomen tussen de 'Jezus van de geschiedenis' en de 'Jezus van het geloof'.