Joseph Kardinaal Ratzinger - 24 mei 1990
Nooit vergetend dat hijzelf ervan deel uitmaakt, moet de theoloog het Godsvolk respecteren en zich erop toeleggen om het een onderricht te geven dat in alle opzichten overeenkomt met de geloofsleer.
De vrijheid die de theologische wetenschap eigen is, wordt beleefd binnen het geloof van de Kerk. Daarom kan de stoutmoedigheid waartoe de theoloog zich vaak gedwongen voelt, alleen dan vruchten dragen en 'opbouwend zijn' wanneer ze gepaard gaat met geduld voor het rijpingsproces. Nieuwe stellingen die naar voren worden gebracht voor het geloofsverstaan 'zijn niet meer dan een aanbod dat aan heel de Kerk wordt gedaan. In een broederlijke dialoog zullen er veel correcties en verdere uitwerkingen nodig zijn voordat de hele Kerk ze kan aanvaarden'. De theologie is een zeer onzelfzuchtige dienst aan de gemeenschap van de gelovigen. Wezenlijke elementen daarvan zijn bijgevolg 'een objectief debat, een broederlijke dialoog, openheid en bereidheid om eigen meningen te veranderen'. H. Paus Johannes Paulus II, Toespraak, Altötting, Tot de professoren in de theologie (18 nov 1980) Vgl. H. Paus Paulus VI, Toespraak, Tot leden van de Internationale Theologische Commissie (11 okt 1972) Vgl. H. Paus Johannes Paulus II, Toespraak, Tot de Internationale Theologische Commissie, Het theologische onderzoek moet de Kerk helpen steeds dieper het mysterie van Christus te verstaan (26 okt 1979)