
15 augustus 1997
Bij het tot stand komen van de evangelies kan men drie fases onderscheiden:
- Het leven en de leer van Jezus. De Kerk gelooft vast dat de vier Evangelies, "waarvan zij de historiciteit zonder aarzelen bevestigt, getrouw weergeven wat Jezus, de Zoon van God, tijdens zijn leven onder de mensen werkelijk gedaan en geleerd heeft voor hun eeuwig heil, tot op de dag waarop Hij ten hemel is opgenomen".
- De mondelinge Overlevering. "De apostelen hebben na de Hemelvaart van de Heer datgene wat Hij gezegd en gedaan had, aan hun toehoorders doorgegeven met het vollediger inzicht dat zijzelf genoten, onderricht als zij waren door de glorievolle gebeurtenissen van Christus en verlicht door de Geest van waarheid".
- De geschreven Evangelies."De gewijde schrijvers hebben bij het schrijven van de vier Evangelies een keuze gedaan uit het vele dat mondeling of ook reeds schriftelijk was overgeleverd, en andere zaken tot een synthese samengevoegd of met het oog op de situatie van de kerken uitgelegd. Tenslotte hebben zij de vorm van de prediking behouden, altijd zó dat zij ons de zuivere waarheid over Jezus meedeelden". 2e Vaticaans Concilie, Constitutie, Over de Goddelijke openbaring, Dei Verbum (18 nov 1965), 19. , vert. uit Lat.
Het Griekse woord mysterion wordt in het Latijn op twee manieren vertaald: mysterium en sacramentum. De term sacramentum wijst eerder op het zichtbare teken van de verborgen heilswerkelijkheid. De term mysterium geeft eerder deze laatste werkelijkheid zelf aan. In deze zin is Christus zelf het heilsmysterie: er is geen ander mysterie Gods dan Christus. Vgl. H. Augustinus, Brieven, Epistulae. 187,11.34 Het heilswerk van zijn heilige en heiligmakende mensheid is het sacrament van het heil dat zichtbaar wordt en werkzaam is in de sacramenten van de Kerk (door de Oosterse Kerken ook "heilige mysteries" genoemd). De zeven sacramenten zijn de tekenen en de instrumenten waarmee de heilige Geest de genade van Christus verspreidt in de Kerk, waarvan Hij, Christus, het hoofd is en die zijn lichaam is. De Kerk bevat dus de onzichtbare genade die zij betekent, en deelt deze mee. Het is in deze analoge zin dat zij "sacrament" genoemd wordt.