CATECHISMUS VAN DE KATHOLIEKE KERK
(Soort document: Catechismus-Compendium)
15 augustus 1997
Jezus heeft de geloofsbelijdenis aanvaard van Petrus die Hem erkende als de Messias, maar Hij kondigde hierbij het aanstaande lijden van de Mensenzoon aan.
Vgl. Mt. 16, 16-23
Hij heeft de authentieke inhoud van zijn Messiaanse koningschap tegelijkertijd onthuld in de transcendente identiteit van de Mensenzoon, "die uit de hemel is neergedaald" (
Joh. 3, 13)
Vgl. Joh. 6, 62
Vgl. Dan. 7, 13
en in zijn verlossende zending als lijdende Dienaar: "De Mensenzoon is niet gekomen om gediend te worden, maar om te dienen en zijn leven te geven als losprijs voor velen" (
Mt. 20, 28).
Vgl. Jes. 53, 10-12
Daarom wordt de ware betekenis van zijn koningschap slechts vanaf het kruis getoond.
Vgl. Joh. 19, 19-22
Vgl. Lc. 23, 39-43
Pas na zijn verrijzenis zal zijn Messiaanse koningschap door Petrus ten overstaan van het volk van God uitgeroepen kunnen worden: "Voor heel het huis van Israël moet dus onomstotelijk vaststaan, dat God Hem en Heer en Christus heeft gemaakt, die Jezus, die gij gekruisigd hebt" (
Hand. 2, 36).
In het college van de twaalf neemt Petrus de eerste plaats in. Vgl. Mc. 3, 16
Vgl. Mc. 9, 2
Vgl. Lc. 24, 34
Vgl. 1 Kor. 15, 5
Jezus heeft hem een unieke zending toevertrouwd. Dankzij een openbaring die van de Vader kwam, had Petrus beleden: "Gij zijt de Christus, de Zoon van de levende God". Onze Heer had hem toen gezegd: "Gij zijt Petrus; en op deze steenrots zal Ik mijn Kerk bouwen en de poorten der hel zullen haar niet overweldigen" (Mt. 16, 16). Christus, "de levende steen" Vgl. 1 Pt. 2, 4
geeft zijn op Petrus gebouwde kerk de verzekering van de overwinning op de macht van de dood. Omwille van het geloof dat Petrus heeft beleden, zal hij de onwankelbare rots van de kerk blijven. Hij zal de zending hebben, dit geloof te behoeden voor iedere tekortkoming en zijn broeders erin te bevestigen. Vgl. Lc. 22, 32
De komst van het koninkrijk van God betekent de nederlaag van het rijk van de Satan:
Vgl. Lc. 8, 26-39
"Maar als Ik door de geest Gods de duivels uitdrijf, dan is inderdaad het rijk Gods tot u gekomen" (
Mt. 12, 28). De
duiveluitdrijvingen (exorcismen) van Jezus bevrijden mensen uit de macht van de demonen.
Vgl. Lc. 8, 26-39
Zij lopen vooruit op de grote overwinning van Jezus op "de vorst dezer wereld"
Vgl. Joh. 12, 31
. Het is door het kruis van Christus dat het rijk Gods definitief gevestigd zal worden, dat "God vanaf het hout regeert".
Hymne "Vexilla regis", vert. Getijdenboek blz. 743-745