15 augustus 1997
De getuigen die ons zijn voorgegaan in het rijk Gods, Vgl. Heb. 12, 1 in het bijzonder zij die de Kerk als "heiligen" erkent, nemen deel aan de levende traditie van het gebed door hun voorbeeldig leven, door de overlevering van hun geschriften en door hun gebed in het heden. Zij aanschouwen God, zij prijzen Hem en dragen onophoudelijk zorg voor hen die ze op aarde hebben achtergelaten. Door binnen te gaan "in de vreugde" van hun meester, zijn zij "aangesteld over veel". Vgl. Mt. 25, 21 Hun voorspraak is de meest verheven vorm van hun dienstbaarheid binnen het heilsplan van God. Wij kunnen en moeten tot hen bidden, dat ze voor ons en voor de hele wereld een voorspraak zijn.
In de gemeenschap van de heiligen zijn in de loop van de hele geschiedenis van de kerken verschillende vormen van spiritualiteit tot ontwikkeling gekomen. Het persoonlijk charisma van iemand die getuigenis aflegt van de liefde van God voor de mensen, is overdraagbaar gebleken, zoals de geest van Elia op Elisa Vgl. 2 Kon. 2, 9 en op Johannes de Doper Vgl. Lc. 1, 17 kon overgaan; zodoende kunnen leerlingen deel hebben aan die geest. Vgl. 2e Vaticaans Concilie, Decreet, Over de vernieuwing en aanpassing van het religieuze leven, Perfectae Caritatis (28 okt 1965), 2 In een spiritualiteit komen ook andere stromingen, liturgische èn theologische, samen en zij getuigt van de inculturatie van het geloof in een menselijke context en zijn geschiedenis. De vormen van christelijke spiritualiteit nemen deel aan de levende traditie van het gebed en zijn onontbeerlijke leidraden voor de gelovigen. In hun rijke verscheidenheid breken ze als in een prisma het zuivere en enige licht van de heilige Geest.
"De Geest is werkelijk de plaats van de heiligen en voor de Geest is de heilige een bijzonder geschikte verblijfplaats, want de heilige biedt zich aan om met God te wonen en hij wordt ook wel tempel van God genoemd". H. Basilius van Caesarea, Liber de Spiritu Sancto. 26,62, vert. uit Gr.