• Database vol kerkelijke documenten
  • Geloofsverdieping
  • Volledig in het Nederlands
  • Beheerd door vrijwilligers

Zoeken in kerkelijke documenten en berichten

x
Jezus verhoort het gebed

Het gebed tot Jezus werd al verhoord tijdens zijn openbare leven, via tekenen die vooruitliepen op de macht van zijn dood en verrijzenis: Jezus verhoorde het gelovige gebed, uitgedrukt hetzij in woorden (de melaatse; Vgl. Mc. 1, 40-41 Jaïrus; Vgl. Mc. 5, 36 de Kananeese; Vgl. Mc. 7, 29 de goede moordenaar Vgl. Lc. 23, 39-43 ) hetzij in stilte (de dragers van de lamme; Vgl. Mc. 2, 5 de vrouw die aan bloedvloeiing lijdt en die zijn kleren aanraakt; Vgl. Mc. 5, 28 de tranen en de balsem van de zondares Vgl. Lc. 7, 37-38 ). Het dringende verzoek van de blinden "Heb medelijden met ons, Zoon van David" (Mt. 9, 27) of "Zoon van David, heb medelijden met mij" (Mc. 10, 48) is overgenomen in de traditie van het gebed tot Jezus: "Jezus, Christus, Zoon van God, Heer, wees mij, zondaar, genadig!". Of het nu gaat om genezing van ziekten of vergiffenis van zonden, Jezus beantwoordt steeds het gebed dat Hem met geloof aanroept: "Ga in vrede, uw geloof heeft u gered".

De heilige Augustinus vat op bewonderenswaardige wijze de drie dimensies van het gebed van Jezus samen: "Hij bidt voor ons als onze priester. Hij bidt in ons allen als ons hoofd en wij bidden tot Hem als onze God. Erkennen wij dan ook onze stem in Hem en zijn stem in ons". H. Augustinus, Enarrationes in Psalmos. 85,1 Vgl. Congregatie voor de Eredienst en de Sacramenten, Liturgie van de Getijden volgens de Romeinse ritus (tweede standaarduitgave 1985), Algemene inleiding op het getijdengebed, Institutio Generalis de Liturgia Horarum (7 apr 1985). 7  (in: Getijdenboek, Alg. inl./Eigen teksten blz. 23; Vgl. ook: Getijdenboek. Lect. I,2,92

Alinea's in de marge van alinea 2616

De tekenen die Jezus heeft verricht getuigen ervan dat de Vader Hem gezonden heeft. Vgl. Joh. 5, 36 Vgl. Joh. 10, 25 Zij nodigen ertoe uit in Hem te geloven. Vgl. Joh. 10, 38 Aan hen die zich in geloof tot Hem richten, geeft Hij wat zij vragen. Vgl. Mc. 5, 25-34 Vgl. Mc. 10, 52 Dan versterken de wonderen het geloof in Hem die de werken van zijn Vader doet: zij getuigen dat Hij de Zoon van God is. Vgl. Joh. 10, 31-38 Zij kunnen echter ook "aanstoot geven" Vgl. Mt. 11, 6 . Ze willen de nieuwsgierigheid en het verlangen naar magie niet bevredigen. Ondanks zijn zo duidelijke wonderen wordt Jezus door sommigen toch verworpen; Vgl. Joh. 11, 47-48 men beschuldigt Hem er zelfs van dat Hij werkt met (de hulp van) demonen. Vgl. Mc. 3, 22
Deze aanroeping die getuigt van een volkomen eenvoudig geloof, heeft zich in de traditie van het gebed onder verschillende gedaantes in het oosten en het westen ontwikkeld. De meest gebruikelijke verwoording ervan, overgeleverd door de geestelijke schrijvers van de Sinaï, van Syrië en van Athos. is de aanroeping: "Jezus, Christus, Zoon van God, Heer, heb medelijden met ons, zondaars!" Hierin wordt de christologische hymne aan de gemeente van Filippi Vgl. Fil. 2, 6-11 verbonden met de uitroep van de tollenaar en van hen die bedelen om het licht. Vgl. Lc. 18, 13 Vgl. Mc. 10, 46-52 Door deze aanroeping wordt het hart afgestemd op de ellende van de mensen en op het medelijden van hun Heiland.

Document

Naam: CATECHISMUS VAN DE KATHOLIEKE KERK
Soort: Catechismus-Compendium
Datum: 15 augustus 1997
Copyrights: © 1997, Libreria Editrice Vaticana
waarin verwerkt niet officiële aanpassing aan de "editio typica"
Bewerkt: 15 december 2021

Opties

Internetadres
Print deze pagina
Dit document bestellen
Startpagina van dit document
Inhoudsopgave van dit document
Referenties naar dit document
Referenties vanuit dit document
Trefwoordenlijst voor dit document
RK Documenten wordt mogelijk gemaakt door donaties van gebruikers.
© 1999 - 2024, Stg. InterKerk, Schiedam, test