15 augustus 1997
Dit is de dag die de Heer heeft gemaakt, laat ons hem vieren in blijdschap (Ps. 118, 24).
Jezus is verrezen uit de doden, "de eerste dag van de week" (Mt. 28, 1)(Mc. 16, 2)(Lc. 24, 1)(Joh. 20, 1). Als "eerste dag" brengt de dag van Christus' verrijzenis ons de oorspronkelijke schepping in herinnering. Als "achtste dag", die volgt op de dag van de sabbat, Vgl. Mc. 16, 1 Vgl. Mt. 28, 1 verwijst hij naar de nieuwe schepping, die met Christus' Verrijzenis een aanvang nam. Voor de Christenen is hij de eerste geworden van alle dagen, het eerste feest van alle feesten, de dag des Heren (Hè kuriakè hèmera, dies dominica), de "zon(ne)dag".
Wij komen samen op de dag van de zon, omdat het de eerste dag is (na de Joodse sabbat, maar ook de eerste dag) waarop God de materie uit de chaos te voorschijn gehaald heeft en de wereld heeft geschapen, en omdat op diezelfde dag Christus uit de doden is opgestaan. H. Justinus, Eerste apologie, Apologia contra Antoninus Pius. 1,67