
15 augustus 1997
Het eerste gebod vraagt van ons dat wij ons geloof voeden en het met voorzichtigheid en waakzaamheid bewaren en dat wij alles verwerpen wat ermee in strijd is. Men kan tegen het geloof op verscheidene manieren zondigen:
De opzettelijke twijfel omtrent het geloof verwaarloost of verwerpt wat God heeft geopenbaard en de kerk voorhoudt te geloven. De onvrijwillige twijfel betekent de aarzeling om te geloven, de moeilijkheid om de opwerpingen tegen het geloof te boven te komen of ook nog een zekere angstvalligheid, verwekt door wat in het geloof duister is. Indien deze twijfel opzettelijk gekoesterd wordt kan hij leiden tot verblinding van de geest.