
15 augustus 1997
Onze moeder de Kerk verlangt er vurig naar dat alle gelovigen tot die volledige, bewuste en actieve deelname aan de liturgische vieringen worden gebracht, waar de aard van de liturgie zelf om vraagt en waarop het christenvolk, "een uitverkoren geslacht, een koninklijk priesterschap, een heilige natie, Gods eigen Volk" (1 Pt. 2, 9), Vgl. 1 Pt. 2, 4-5 krachtens het Doopsel recht heeft en waartoe het verplicht is. 2e Vaticaans Concilie, Constitutie, Over de heilige liturgie, Sacrosanctum Concilium (4 dec 1963), 14. vert. uit Latijn